Wat maakt dat organisaties die organisatieveranderingen mede vanuit de onderstroom managen, succesvoller zijn dan zij die de onderstroom negeren?
Het antwoord is eenvoudig: zij nemen de mensen in de verandering serieus. Vanuit de psychologie leren we, dat als je mensen de mogelijkheid geeft zich te uiten, zij gelukkiger zijn. Wanneer je, zoals wij met Agile Sensing doen, hen op een directe maar anonieme manier laten ‘meesturen’, maak je van hen ambassadeurs van de verandering.
De onderstroom verwijst naar de onzichtbare facetten binnen organisaties. Voorbeelden zijn macht, vertrouwen, angst, indirecte weerstand of wantrouwen. Het zijn onderwerpen waar we normaal niet zo makkelijk over spreken. Belangrijk is het besef dat alleen als aspecten van de onderstroom worden meegenomen in een organisatieverandering, deze succesvol kan zijn. Agile Sensing maakt de onderstroom zichtbaar en werkbaar.
Aspecten uit de bovenstroom zijn zichtbaar. Dit is waar management op stuurt. Voorbeelden zijn de strategie, de visie, doelstellingen en financiële resultaten. Vrijwel alle kwantitatieve doelen komen uit de bovenstroom.
Agile Sensing combineert de onder- en bovenstroom. Het is bijvoorbeeld mogelijk om vanuit het visie-perspectief naar de (lokale) ervaringen te kijken. Dit maakt inzichtelijk of de ingezette verandering op iedere plek in de organisatie bijdraagt aan de gezamenlijke visie.